Als je van buitenaf beschuldigd wordt
Als mijn ziel in de put zit,
herhaal ik alles wat ik van U weet.
Psalm 42:6, MSG
In het laatste bijbelboek wordt de duivel de aanklager genoemd (Openbaring 12:10). Hij kijkt altijd vanuit het verleden naar jou. Hij houdt je een spiegel voor om je te herinneren aan je roemloze verleden, je fouten, je zonden en je tekortkomingen; om je aan te klagen en te intimideren. Hij probeert je altijd naar beneden te halen. In de hoop dat je jezelf kwijtraakt, net als de verloren zoon. Hij is letterlijk een schreeuwlelijk: ‘Je bent nog niet zover als je zou kunnen zijn! Je worstelt nog met zoveel dingen! Je doet het niet goed genoeg! Het wordt niks met jou! Wie denk je wel dat je bent? Je verdient Gods liefde niet!’
Laat me je een advies geven: ga niet in gesprek met de duivel. De boze wil juist dat je hem van repliek dient, dat je met hem in gesprek gaat en met hem de strijd aangaat. De belangrijkste les die ik je kan leren is zijn schreeuwen te negeren. Zolang jij reageert blijft hij allerlei negatieve gedachten op je afvuren. Maar reageren is niet regeren. Negeren is regeren! Als je het toch even niet meer weet en de duivel voor de zoveelste keer aan je deur klopt, vraag dan aan Jezus die in je woont om voor een keertje de deur open te doen. Dat zal de boze leren.
God kijkt vanuit de toekomst naar je. De eeuwige God ziet je niet alleen zoals je nu bent, Hij ziet ook wie je gaat worden. Wissel daarom van spiegel! God spiegelt jou zijn toekomst voor en hoe Hij naar jou kijkt. Hij zegt tegen jou: ‘Ik weet welke gedachten Ik over uw koester, gedachten van vrede en niet van onheil, om u een hoopvolle toekomst te geven’ (Jeremia 29:11, NBG). God ziet jouw leven voortdurend in het licht van de eeuwigheid. Hij ziet je zoals je nu bent én Hij ziet je al als de mens die je gaat worden.
Uit: Wie Christus is in jou

